Prinsjesdag: Ondenemers

 

Belangrijke punten Prinsjesdag/Belastingplan 2025 voor ondernemers.

Bedrijfsopvolging

Er komen aangepaste regels voor de belasting op bedrijfsoverdracht (bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling aanmerkelijk belang (DSR ab), waarmee deze regelingen eenvoudiger wordt. Vanaf 1 januari 2025 wordt de bezits- en voortzettingseis verlaagd van 5 naar 3 jaar. Ondernemers hebben dan eerder meer flexibiliteit in de bedrijfsvoering zonder het recht op de BOR te verliezen. Vanaf 1 januari 2026 wordt de toegang tot de BOR en DSR beperkt tot gewone aandelen met een minimaal belang van 5%. Daarnaast wordt onbedoeld gebruik van de BOR via rollatorinvesteringen en dubbel-BOR tegengegaan.

Btw

Verder worden per 2026 de verlaagde btw-tarieven voor het verstrekken van logies en voor bepaalde culturele goederen en diensten afgeschaft. Hierdoor gaat vanaf 1 januari 2026 het algemene tarief van 21% gelden. Sportverenigingen vallen buiten deze maatregel en voor leermiddelen voor leerlingen tot 18 jaar komt een compensatie.

Giftenaftrek

De giftenaftrek voor ondernemers wordt per 2025 afgeschaft. Dit geldt voor zowel giftenaftrek in de vennootschapsbelasting (vpb) als voor de regeling ‘geven uit de vennootschap’. Een gift wordt daardoor vanaf 2025 beschouwd als een winstuitkering waarover belasting betaald moet worden. Sponsoring en reclame zijn zakelijke kosten die wel aftrekbaar blijven.

Ongewenste belastingconstructies

Ook worden er ongewenste belastingconstructies aangepakt. Zoals een constructie bij onroerend goed waarbij geen btw betaald wordt, terwijl dit wel de bedoeling is.

Hervorming van de arbeidsmarkt

Er komt duidelijke regelgeving voor de positie van zelfstandigen en een aanpak van schijnzelfstandigheid. Ook wordt een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen ingevoerd. Er komen daarvoor twee wetten aan: de Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) en de Wet meer zekerheid flexwerkers. Doel van beide wetten is in essentie om schijnzelfstandigheid tegen te gaan en werknemers meer zekerheid te bieden.

Ondernemersklimaat

Het hebben van een goede concurrentiepositie en voorspelbaar fiscaal beleid zijn belangrijke speerpunten, meldt het kabinet. Daarom wordt ingezet op een stabiel en voorspelbaar fiscaal beleid. De versobering van de expatregeling wordt vanaf 2027 deels teruggedraaid: 5 jaar lang geldt een aftrekpercentage van 27%. De salarisnorm wordt verhoogd van € 46.107 naar € 50.436. Ook voor werknemers onder de 30 jaar met een masteropleiding wordt de salarisnorm verhoogd. Verder blijft de inkoopfaciliteit voor beursfondsen in de dividendbelasting bestaan. Hierdoor blijft de inkoop van eigen aandelen door beursfondsen onder voorwaarden vrijgesteld van dividendbelasting. Verder zorgt het kabinet dat de  generieke renteaftrekbeperking in de vpb wordt verruimd, deze gaat van 20% naar 25%. Dit sluit beter aan bij het Europese gemiddelde. Ook versoepelt het kabinet de kwijtscheldingswinstvrijstelling in de vpb bij verliezen boven € 1 miljoen. Dit zorgt ervoor dat in de kern gezonde bedrijven makkelijker tot een akkoord met schuldeisers kunnen komen.

Compensatie transitievergoeding alleen nog voor kleine bedrijven

Sinds 1 april 2020 worden alle werkgevers gecompenseerd voor de transitievergoeding die zij moeten betalen bij ontslag van een werknemer die daarvoor twee jaar ziek was. Deze compensatieregeling wordt vanaf 1 juli 2026 beperkt tot kleine werkgevers (minder dan 25 werknemers). Werkgevers met 25 of meer werknemers worden vanaf dan niet meer gecompenseerd.

Het Belastingplan 2025 en alle bijbehorende stukken zijn hier te vinden