AFM krijgt veel signalen over nieuwe werkwijzen van oplichters

 

De Autoriteit Financiële Markten (AFM) ziet een toename in het aantal signalen en consumentenvragen over oplichting en fraude. De toezichthouder start een online publiekscampagne, om mensen meer bewust te maken over hoe oplichters te werk gaan.

In het eerste kwartaal van 2024 ging ruim twintig procent van de meldingen en vragen die bij de AFM binnenkwamen over fraude en oplichting. Er bestaan veel vormen van oplichting waarmee consumenten geld kwijtraken, aldus de toezichthouder.

Nep-AFM’ers

Zo is vaak sprake van beleggingsfraude, waarbij mensen met (telefonische) aanbiedingen worden verleid om geld te investeren. Ook zijn er nepadvertenties met BN’ers, die zogenaamd beleggingsadvies geven waarmee mensen snel rijk zouden kunnen worden.

De laatste tijd krijgt het Meldpunt Financiële Markten van de AFM ook veel signalen over nieuwe werkwijzen van oplichters. Zoals oplichting via datingapps, maar ook fraudeurs die zich voordoen als helpende AFM-medewerkers en zo slachtoffers nog een keer oplichten.

Campagne

De AFM start daarom de online campagne checkjeaanbieder.nl, waarmee consumenten meer leren over de geraffineerde werkwijze van oplichters en hoe zichzelf te beschermen. Op de website kunnen consumenten ook controleren wat er bij de AFM bekend is over de onderneming waarmee iemand zakendoet of wil gaan doen.

Zo is snel te zien of een onderneming wel of niet over een AFM-vergunning beschikt. Ook worden eventuele waarschuwingen getoond van de AFM en van buitenlandse toezichthouders.

Verantwoordingsdag: Kabinet meldt beter financieel resultaat in 2023

Het jaar 2023 was een economisch onrustig jaar. Het kabinet nam extra maatregelen om stijging van de armoede in Nederland te voorkomen, zoals het prijsplafond voor energie en verhoging van het minimumloon met 10 procent.

De inflatie was hoog, de rente steeg en de economische groei in Nederland viel vrijwel stil. De oorlog in Oekraïne leidde tot torenhoge energieprijzen. Ondanks een terugval in economische groei bleef de werkloosheid aanhoudend laag.

Sterk stijgende lonen hebben eraan bijgedragen dat de koopkracht van veel huishoudens gedurende de tweede helft van het jaar verbeterde. Het EMU-saldo is uitgekomen op -0,3 procent en de schuld op 46,5 procent bbp.

Financieel jaarverslag

Dat blijkt uit het Financieel Jaarverslag van het Rijk, dat minister Van Weyenberg van Financiën op Verantwoordingsdag naar de Tweede Kamer stuurt. “In 2023 kwamen plannen uit de ambitieuze investeringsagenda van dit kabinet verder tot besteding. Het kabinet investeerde in belangrijke maatschappelijke uitdagingen, zoals kansengelijkheid, onderwijs, klimaat en defensie”, aldus de minister. “Belemmeringen in de uitvoering kwamen onder andere door krapte in personeel. Ook liepen we tegen de grenzen aan wat betreft milieu en ruimte in ons land. Desondanks was het begrotingstekort kleiner dan verwacht, de schuld lager dan in 2022 en leverden investeringen en uitgaven resultaten op.”

Overheidsfinanciën

Het lukte in 2023 niet om al het begrote geld uit te geven, onder meer door krapte op de arbeidsmarkt. Zo is er 13 miljard euro minder uitgegeven dan verwacht, waarvan 5,8 miljard euro is doorgeschoven naar latere jaren, om de middelen alsnog te besteden waarvoor ze oorspronkelijk waren bedoeld.

De overige 7,2 miljard euro is de zogeheten onderuitputting, budget dat aan het eind van het jaar niet is uitgegeven. Dat was vooral het geval bij de investeringsbudgetten en complexe vraagstukken, zoals toeslagen, Groningen en de aanpak van de stikstofcrisis, zo meldt het verslag.

Het kabinet gaf in 2023 in totaal 5,4 miljard euro steun aan Oekraïne. Dat was bestemd voor zowel militaire en humanitaire steun aan Oekraïne als ook de opvang van Oekraïense ontheemden in Nederland.

Begrotingstekort

Het begrotingstekort kwam in 2023 veel lager uit dan verwacht. Het geraamde begrotingstekort bij de Miljoenennota 2023 was 3 procent van het bruto binnenlands product (bbp) en is uitgekomen op 0,3 procent.

Dit heeft meerdere oorzaken, aldus het kabinet. Zo waren de gerealiseerde inkomsten in 2023 ruim hoger (19,1 miljard euro) dan de raming uit de Miljoenennota 2023. Dit komt door beleidsmatige wijzigingen, zoals het terugdraaien van de verlaging van de energiebelasting om de kosten van het prijsplafond te dekken en door meevallende economische ontwikkelingen als hogere lonen en winsten die doorwerken op de belastinginkomsten.

Een tweede oorzaak is de onderuitputting en verder hadden ook decentrale overheden in 2023 een overschot en uitgaven die werden toegerekend aan een ander begrotingsjaar. Daartegenover waren er ook extra uitgaven zoals asiel, rente en het prijsplafond energie.

De EMU-schuld in 2023 was 480,7 miljard euro, ofwel 46,5 procent van het bbp. De schuld viel hiermee lager uit dan verwacht bij de Miljoenennota 2023 (49,5 procent van het bbp). De schuld viel ook lager uit dan in de afgelopen jaren, namelijk 51,0 procent in 2022 en 52,1 procent in 2021. In 2023 bleef de Nederlandse overheidsschuld onder de Europese grenswaarde van 60 procent van het bbp.

Financieel beheer

Het financieel management van het Rijk stond het afgelopen jaar in het teken van verbetering van het financieel beheer, de afhandeling van corona- en energiesteun-maatregelen uit voorgaande jaren en de hulp aan Oekraïne.

Volgens de Algemene Rekenkamer was het niveau van rechtmatigheid van de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten in 2023 respectievelijk 98,9 procent, 99,6 procent en 99,9 procent. Ten opzichte van de afgelopen jaren is dit een verdere verbetering. Dit komt vooral door de extra inzet van de departementen. Ook zijn procedures rond het tijdig en juist informeren van het parlement beter gevolgd.

In 2023 is het aantal onvolkomenheden gedaald van 44 naar 36. De departementen hebben samen met de Taskforce Verbetering Financieel Beheer hard gewerkt aan verbetering. Bij het inkoopbeheer worden nog te veel fouten gemaakt bij complexe aanbestedingen.

Over het algemeen gaat het de goede kant op met het financieel beheer. Ook komend jaar blijft het kabinet aandacht houden voor het verder verbeteren en versterken van het Rijksbrede financieel beheer, zo wordt gesteld.

Minder begrotingsaanpassingen

Op verzoek van de Tweede Kamer is het aantal tussentijdse begrotingsaanpassingen fors gedaald. Het afgelopen jaar zijn in totaal 8 Incidentele suppletoire begrotingen (ISB’s) ingediend, ten opzichte van 51 in 2022. Zo ging het bij de uitgaven om 2 miljard euro in 2023 ten opzichte van 18,6 miljard euro in 2022. Deze ISB’s hadden vooral te maken met Oekraïne, energiecompensatie en corona.

In 2023 is het kabinet gestart met een pilot om het aantal ISB’s verder te beperken. Hiervoor is een extra begrotingsmoment rond Prinsjesdag ingevoerd. De periode tussen de eerste (Voorjaarsnota) en de tweede suppletoire begroting (Najaarsnota) wordt hiermee overbrugd. Het kabinet komt naar verwachting voor de zomer met plannen om het begrotingsproces verder te verbeteren.

Verantwoordingsdag

Tweede Kamer-voorzitter Martin Bosma heeft op Verantwoordingsdag het Financieel Jaarverslag van het Rijk 2023 en de departementale jaarverslagen in ontvangst genomen, uit handen van demissionair minister Van Weyenberg van Financiën. De president van de Algemene Rekenkamer, Pieter Duisenberg, bood daarna de rapporten aan waarin de Rekenkamer het regeringsbeleid van het afgelopen jaar beoordeelt.

De Tweede Kamer debatteert de komende tijd over de verslagen van de departementen en de rekenkamer. Dit gebeurt plenair en in de verschillende commissies. Het plenaire Verantwoordingsdebat is gepland op 29 mei aanstaande.

In de periode tot aan het zomerreces zullen de vaste Kamercommissies over de afzonderlijke jaarverslagen debatteren met de betreffende bewindspersonen.

Bron: Rijksoverheid/Tweede Kamer

Arbodiensten zien meer langdurig verzuim door stress

 

Meer mensen hebben zich het afgelopen jaar langdurig ziek gemeld om stressklachten. Het ging om een groei van 11 procent ten opzichte van een jaar eerder. Bijna een kwart van al het verzuim was het gevolg van (over)spanning of een burn-out.

 

Volgens de ondernemingen, die samen werkzaam zijn voor zo’n 1 miljoen werknemers, kost het thuis zitten van een personeelslid een bedrijf gemiddeld 315 euro per dag. Met stressgerelateerde klachten ligt een medewerker er gemiddeld 240 dagen al dan niet gedeeltelijk uit, met een burn-out zelfs driehonderd dagen. “Dat heeft impact op de medewerker persoonlijk, maar ook op het bedrijf”, stellen arbodienstverleners ArboNed en HumanCapitalCare bij het onderzoek.

Tussen de 25 en 45 jaar

Vooral mensen tussen de 25 en 45 jaar hebben last van stressklachten. Ook zijn het vaker vrouwen dan mannen. De sectoren waarin dit het meest voorkomt zijn de gezondheidszorg, het onderwijs en het openbaar bestuur. In de bouw speelt het probleem het minst. Bij bedrijven met meer dan 250 medewerkers ligt het verzuim door stress een vijfde hoger dan bij kleinere ondernemingen.

Gesprek

De arbodienstverleners raden werkgevers aan om scherp te zijn op het herkennen van klachten. “Zo kun je het gesprek hierover eerder op gang brengen en voorkomen dat klachten zich opstapelen”, denkt Redmer van Wijngaarden, bedrijfsarts en directeur medische zaken bij ArboNed. “Als je medewerkers eigen regelruimte geeft om tijd vrij te nemen als dat nodig is, maakt dat voor hen vaak al een groot verschil.”

Bron: ANP

Ministers willen toch al een verbod op contante betalingen boven drie mille

 

Minister Van Weyenberg van Financiën en minister Yeşilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid hebben de Tweede Kamer in een brief laten weten door te willen gaan met het verbod op contante betalingen boven 3.000 euro.

 

Het verbod maakt deel uit van het wetsvoorstel Plan van aanpak witwassen, dat eerder controversieel werd verklaard door de Tweede Kamer. Maar als het verbod op contante betalingen boven 3.000 euro niet doorgaat, dreigt Nederland mogelijk 600 miljoen euro Europees geld mis te lopen, aldus het ministerie van Financiën.

Een wettelijke limiet op contante betalingen is opgenomen in het Raadsuitvoeringsbesluit voor het Nederlandse Herstel en Veerkrachtplan (HVP).  De deadline om deze maatregel uit te voeren staat op 31 maart 2025.

Scenario’s

In de brief van de twee ministers zijn verschillende scenario’s uitgewerkt om een vervolg te geven aan het wetsvoorstel Plan van aanpak witwassen. De limiet op contant geld moet witwassen door criminelen aanpakken, die hiervoor vaak grote sommen contant geld gebruiken. Vanwege de verplichting in het HVP kan de invoering hiervan niet verder worden uitgesteld, aldus de ministers.

Daarnaast heeft het Europese AML-pakket (Anti-Money Laundering and Countering the Financing of Terrorism, AML/CFT), dat in 2027 van toepassing wordt, een nieuwe context geschapen, omdat alle vier de bepalingen uit het wetsvoorstel in de huidige vorm niet verenigbaar zijn met dat AML-pakket.

Korting voorkomen

Het heeft de voorkeur van beide ministers om voorlopig alleen de limiet op contante betalingen verder te brengen, via een nota van wijziging op het oorspronkelijke wetsvoorstel, zodat de mogelijke korting van 600 miljoen euro kan worden voorkomen.

De overige maatregelen uit het wetsvoorstel Plan van aanpak witwassen, zoals gezamenlijke transactiemonitoring, worden bij dit scenario meegenomen in het implementatietraject van het Europese AML-pakket.

In totaal zijn vier mogelijke scenario’s uitgewerkt voor het vervolg van het wetsvoorstel. De ministers willen hierover met de Tweede Kamer in gesprek gaan tijdens het Commissiedebat op 24 april aanstaande.

Europese wetgevingsproces

Het Europese wetgevingsproces rondom het AML-pakket is formeel nog niet afgerond. De stemming van het Europees Parlement over dit wetsvoorstel staat ook gepland op 24 april 2024.  Uiteindelijk hebben Europese landen drie jaar de tijd om het wettenpakket te implementeren. In het voorjaar van 2027 wordt de regelgeving van toepassing.

Bron: Ministerie van Financiën

Nieuw box 3-stelsel lijkt lastig uitvoerbaar voor fiscus én burger

 

Hervorming van de vermogensrendementsheffing is nog ingewikkelder dan gedacht en daardoor maar moeilijk uitvoerbaar. De fiscus moet honderden extra mensen aannemen en het nieuwe voorstel legt een dusdanig groot beslag op de systemen, dat het in het geplande invoeringsjaar 2027 niet volledig kan worden geïmplementeerd.

Voor een deel van de burgers die belasting moeten betalen uit inkomen op vermogen, is het nieuwe stelsel “naar verwachting (te) complex”. Dat blijkt uit een brief van demissionair staatssecretaris Marnix van Rij aan de Tweede Kamer.

Het gaat om belasting van inkomen in box 3, inkomen uit vermogen. In het oude systeem werd belasting geheven over rendement volgens een vast, fictief rendement.

Omdat de Hoge Raad in het zogenoemde Kerstarrest eerder oordeelde dat dat onrechtmatig was, is nu een overbruggingswet opgetuigd. Vanaf 2027 moet belasting worden betaald over het daadwerkelijke inkomen dat mensen uit hun vermogen halen.

Familiebedrijven

Hoewel een officieel besluit aan de Kamer of een nieuw kabinet zal zijn, heeft demissionair staatssecretaris Van Rij (Fiscaliteit) het voorstel wel al voorbereid en in consultatie gebracht. Ook is juridisch advies ingewonnen bij NautaDutilh.

Daarbij is ook specifiek gekeken naar de positie van familiebedrijven. Uitkomst is dat volgens het wetsvoorstel kleine aandeelhouders van familiebedrijven vanaf 2027 jaarlijks in box 3 worden belast over het werkelijke rendement op hun belang in het familiebedrijf.

Uit de voorlopige resultaten van een uitvoeringstoets blijkt dat ook met een broodnodig “intensief communicatietraject” het risico blijft “dat belastingplichtigen niet tijdig, juist of volledig hun aangifte kunnen doen”, zo staat in de brief van Van Rij.

De Tweede Kamer sprak op 18 april met de staatssecretaris over het conceptwetsvoorstel voor de vernieuwing van box 3.

Bron: ANP

Mkb’er zoekt steeds vaker financiering buiten bank om

 

 

Het totaal aan non-bancaire leningen van mkb’ers is in 2023 met 27 procent gegroeid, naar een totaalbedrag van ruim 5,1 miljard.

 

Dat blijkt uit een rapport van de Stichting MKB Financiering (SMF), dat de non-bancaire financieringsmarkt jaarlijks onderzoekt. De groei van non-bancaire financiering is vooral zichtbaar bij leningen onder de 1 miljoen euro. In 2022 waren banken nog verantwoordelijk voor 71 procent van die leningen, inmiddels is dat 64 procent. Van alle mkb-financieringen tot 1 miljoen euro is 36 procent in 2023 non-bancair verstrekt.

Het onderzoek van SMF keek naar verschillende financieringsvormen, zoals crowdfunding, factoring, leasing en direct lending. Lease is met 32,6 procent de populairste vorm van non-bancaire financiering, gevolgd door factoring (24,3 procent), direct lending (17,9 procent) en crowdfunding (17,5 procent). Direct lending groeide met 41 procent het sterkst in 2023. SMF voorspelt voor 2024 een groei van 12 procent van non-bancaire financiering.

Sterke groei onder 1 miljoen

Bij leningen tot 250 duizend euro is het aandeel non-bancaire leningen inmiddels groter dan het aandeel van de banken. “In totaal is aan ondernemers in 2023 (totaal nieuwe verstrekkingen minus heronderhandelingen) 5.095 miljard euro aan financiering verstrekt aan kleinere financieringen met een omvang tot 250 duizend euro. Dit is een stijging van 627 miljoen euro ten opzichte van de 4.468 miljard aan verstrekte financiering in deze categorie in 2022”, aldus SMF.

Van de verstrekte financiering bestaat 40 procent uit bancaire financiering en 60 procent uit non-bancaire financiering. In 2022 was dat 49 respectievelijk 51 procent.

SMF laat weten dat de grootste groei te zien is in de financieringen tussen de 50 duizend en 250 duizend euro. “Deze klasse is met 62 procent gestegen in 2023 terwijl in 2022 er een daling is waargenomen van 10 procent. Ook blijven de financieringen vanaf 1 miljoen euro nog sterk groeien, van 924 miljoen euro in 2022 naar 1,117 miljard euro in 2023.”

Minder vrouwen

Een ander opvallend resultaat van het onderzoek is dat verreweg de meeste kredietaanvragers mannen zijn. Slecht 18 procent van alle non-bancaire financiering is aan vrouwelijke ondernemers verstrekt.

Er zijn ook een stuk minder vrouwen werkzaam in de non-bancaire financieringssector dan in de bancaire sector: 29 procent versus 44 procent. In 2022 was in de non-bancaire sector nog 37 procent vrouw, dus het aantal vrouwen in de non-bancaire sector is flink gedaald.

Financieringsadvies

SMF heeft aanvullend onderzoek uitgevoerd naar het verloop van financieringsadvies aan het mkb door adviseurs die het SMF-keurmerk ‘Erkend Financieringsadviseur MKB’ hebben. Uit dat onderzoek blijkt dat aanvragen die liepen via die erkende adviseurs slechts in zes procent van de gevallen werden afgewezen door financiers.

Er werd ook een flink aantal aanvragen afgewezen door de adviseurs zelf: van in totaal 2162 aanvragen werden er 731 afgewezen door de erkend adviseur.

Rapport SMF ‘Met veerkracht naar voorspoed’ 

Loket voor subsidie elektrische bedrijfsauto’s geopend

 

Vanaf 23 april kunnen ondernemers een beroep doen op de Subsidieregeling Emissieloze Bedrijfsauto’s (SEBA). Voor aanschaf van een bedrijfsauto met een gewicht tot 3.500 kilo (of een kleine vrachtauto’s tot 4.250 kilo) is in totaal dertig miljoen euro beschikbaar.

Voor kleine ondernemingen en non-profit instellingen bedraagt de SEBA-subsidie twaalf procent, bij middelgrote ondernemingen is dat tien procent en bij grote ondernemingen zeven procent. Op basis van de SEBA-regeling krijgen ondernemers maximaal vijfduizend euro subsidie bij de aankoop van een nieuwe bedrijfsauto.

Uitgegaan wordt daarbij van de netto catalogusprijs exclusief btw, maar inclusief bpm en opties die door de fabrikant of importeur zijn aangebracht vóór afgifte van het kenteken. Voor kleine vrachtwagens kan een ondernemer de subsidie aanvragen over de verkoopprijs zonder btw.

De aanvraag voor de SEBA-subsidie loopt via de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Voor de digitale aanvraag is eHerkenning niveau 2+ vereist. De RVO behandelt de aanvragen op volgorde van binnenkomst per datum. De regeling loopt tot eind 2024.

Klik hier voor de aanvraag.

Je voorlopige aanslag controleren; voorkom belastingrente door een (aanvullende) voorlopige aanslag

 

Inmiddels heb je mogelijk de voorlopige aanslag inkomstenbelasting/vennootschapsbelasting 2022/2023 ontvangen. In december en januari verstuurd de Belastingdienst de voorlopige aanslagen. Belangrijk is dat je het belastbaar bedrag goed controleert en wanneer nodig contact met ons opneemt; dan kunnen wij de fiscus verzoeken om een aanvullende aanslag op te leggen.

Belastingrente

De belastingrente voor de inkomstenbelasting bedraagt 7,5 procent. Voor de vennootschapsbelasting bedraagt deze 10 procent. Laat op tijd een goede schatting maken van het belastbaar inkomen (of de winst van jouw onderneming), hierdoor kan belastingrente worden voorkomen.

Voor meer informatie over de voorlopige aanslag kun je mailen naar info@b360.nl of telefonisch contact opnemen via 058-2655526

Niet elke sector profiteert van economische groei

 

De economische vooruitzichten voor Nederland zijn in het algemeen positief en daar profiteren met name de handel en de horeca van. Maar niet elke sector profiteert van de economische groei. De bouwsector krijgt juist last van een dip in de nieuwbouw en de uitzendbranche ervaart een dalende vraag.

Economen van de Rabobank verwachten een “gestage groei” van de economie, voor dit jaar van 0,7 procent. Dat is vergelijkbaar met prognoses van branchegenoot ABN Amro. In 2025 zal de economie met 1,2 procent groeien, denkt Rabobank. “De uitgaven van huishoudens nemen naar verwachting flink toe door het forse koopkrachtherstel, en ook de overheidsuitgaven blijven een belangrijke aanjager van de economische activiteit”, licht Rabobank-econoom Carlijn Prins toe.

Herstel koopkracht

Daar profiteren met name de handel en horeca van. “Door het herstel van de koopkracht verwachten we dat die sectoren groeien”, legt hoofd sectormanagement zorg, handel, industrie en dienstverlening André Vermeulen uit. Consumenten blijven uit eten gaan, waardoor de omzet van restaurants en andere bedrijven in de foodservice kan groeien met 2 tot 3 procent, denkt hij.

Daarnaast herstellen bedrijfsinvesteringen volgens Rabobank pas vanaf eind 2024. Ook de vraag vanuit het buitenland trekt slechts beperkt aan, meent de bank. Vermeulen verwacht onder meer een krimp voor de transportsector, die “lijdt onder de geopolitieke spanningen en een afname van de bouwactiviteit”.

Lichte stijging werkloosheid

Prins verwacht een lichte stijging van de werkloosheid, omdat de economie net iets minder snel groeit dan mogelijk is. “Om die potentiële groei te berekenen kijken we naar hoeveel arbeid er is, hoeveel kapitaal zoals machines, computers, software en hoe efficiënt mensen werken”, legt Prins uit. “Dit bepaalt hoeveel producten en diensten een land maximaal kan maken, en wij verwachten dat de groei van de vraag naar producten en diensten dit net niet zal bijbenen. Hierdoor kan de werkloosheid wat oplopen en zal de inflatie nog wat verder dalen.”

Bron: ANP

Een op elf zzp’ers fraudeerde bij belastingaangifte

 

Een deel van de zelfstandigen neemt het niet zo nauw met de regels bij de belastingaangifte. Eén op de elf zzp’ers fraudeerde in het verleden weleens bij de aangifte inkomstenbelasting.

Dat blijkt uit onderzoek van financeplatform Boekhouder.nl. Van de vierhonderd ondervraagde zzp’ers antwoordde negen procent “ja” op de stelling “Ik heb weleens bewust een factuur niet opgegeven bij de belastingaangifte”. Nog eens twaalf procent gaf aan dat niet (meer) zeker te weten.

Minder dan acht op de tien zelfstandigen kunnen dus met zekerheid zeggen nooit (bewust) gefraudeerd te hebben. “Een zorgelijke conclusie, maar ergens ook wel begrijpelijk met in het achterhoofd dat liefst een op de vier zzp’ers financiële zorgen heeft”, aldus de onderzoekers.

Vaak geen zakelijke rekening

Opvallend is dat een kwart van de zzp’ers hun inkomsten op een privérekening ontvangt. Een zakelijke rekening is weliswaar niet verplicht, maar diverse banken hebben wel als voorwaarde dat een privérekening niet zakelijk mag worden gebruikt.

Volgens de onderzoekers zorgt het voor vermenging van zakelijke en privé-inkomsten en uitgaven, waardoor je als zzp’er weinig overzicht hebt. Zeker bij een gebrekkige administratie is het op die manier moeilijk om zakelijke transacties terug te vinden en correct op te geven bij de belastingaangifte.

Boekhouding eenvoudiger

Door de komst van online boekhoudprogramma’s en boekhoudapps wordt het bijhouden van de boekhouding steeds eenvoudiger. Inmiddels doet bijna de helft van de zzp’ers de boekhouding zelf.

Toch waarschuwt Boekhouder.nl met name startende zzp’ers voor het risico op fouten, die kunnen leiden tot boetes of gemiste fiscale voordelen. “De praktische kant van het boekhouden wordt je door software grotendeels uit handen genomen. Daardoor krijgt de boekhouder steeds meer een adviserende rol, die voor veel zelfstandigen nog altijd erg waardevol kan zijn.”

Bron: accountant.nl