Kabinet: Geen actie meer nodig voor niet-bezwaarmakers box 3

 

Ook alle niet-bezwaarmakers kunnen aanspraak maken op een nieuwe uitspraak van de Hoge Raad, mocht de Hoge Raad belastingplichtigen in een nieuwe procedure in het gelijk stellen. Niet-bezwaarmakers met box 3-inkomen over de jaren 2017-2020 hoeven hiervoor geen verzoek in te dienen. Dat heeft het kabinet bekendgemaakt.

 

De nieuwe procedure gaat over de vraag of ook niet-bezwaarmakers in aanmerking komen voor rechtsherstel. Met belangenorganisaties worden procesafspraken gemaakt over deze procedures voor niet-bezwaarmakers, zo stelt het kabinet. Doel is de procedures en afhandeling van verzoeken zo efficiënt mogelijk te laten verlopen.

Het kabinet heeft sinds de uitspraak van de Hoge Raad op 20 mei jl. onderzocht of en zo ja hoe het mogelijk was niet-bezwaarmakers toch te compenseren. Uiteindelijk is besloten om geen compensatie te bieden aan de niet-bezwaarmakers. Volledige compensatie kost circa € 4,1 miljard, waarvan meer dan de helft terecht zou komen bij belastingplichtigen met een vermogen in box 3 van meer dan € 200.000.

Dit leidde tot veel reacties van de niet-bezwaarmakers, die het besluit van het kabinet onrechtvaardig vonden. Het indienen en afhandelen van deze verzoeken levert veel werk op, zowel voor belastingplichtigen en belastingadviseurs als voor de Belastingdienst, omdat ieder verzoek individueel behandeld moet worden.

‘Massaal bezwaar plus’

Het kabinet verwacht, gezien de genoemde uitspraak van de Hoge Raad van 20 mei, niet dat nieuwe procedures voor niet-bezwaarmakers een grote kans op rechtsherstel opleveren. Daarom is toegezegd dat alle niet-bezwaarmakers aanspraak kunnen maken op een uitspraak van de Hoge Raad naar aanleiding van de procedure ‘massaal bezwaar plus’.

Hiermee wordt het mogelijk om ook voor grote aantallen verzoeken tot ambtshalve vermindering in één keer een besluit te nemen. Zo hoeven niet alle verzoeken individueel behandeld te worden, waarmee ernstig verstorende effecten op de uitvoering door de Belastingdienst worden voorkomen. De al ingediende verzoeken worden apart gehouden tot er een uitspraak is.

Overleg met belangenorganisaties

De afgelopen periode is constructief overleg gevoerd met de Bond voor Belastingbetalers, de koepelorganisaties voor belastingadviseurs en de Consumentenbond, aldus het kabinet. Uit deze gesprekken kwam naar voren dat zij aan de rechter de vraag willen voorleggen of er toch niet aan alle belastingplichtigen rechtsherstel geboden moet worden.

Samen met de belangenorganisaties worden één of meerdere zaken geselecteerd en aan de belastingrechter voorgelegd. Zo kan op een gestructureerde manier antwoord van de rechter komen op de vragen die nog bij niet-bezwaarmakers leven.

De komende tijd wordt verder gesproken met de belangenorganisaties over de zaken die worden voorgelegd aan de belastingrechter. Begin 2023 wordt de aanwijzing voor de procedure ‘massaal bezwaar plus’ gedaan.

Kleine kans

Juristen achten de kans klein dat de ‘massaal bezwaar plus’ procedure iets gaat opleveren voor de niet-bezwaarmakers, blijkt uit berichtgeving in het FD. “De kans dat niet-bezwaarmakers alsnog compensatie krijgen voor te veel betaalde belasting grenst aan nihil”, stelt Philippe Albert, hoogleraar belastingrecht en directeur vaktechniek belastingadviseurs bij Baker Tilly, tegenover de krant.

Ook oud-raadsheer van de Hoge Raad Bernard Bavinck verwacht dat niet-bezwaarmakers geen rechtsherstel krijgen. “Zo staat het nu eenmaal in de wet.” Hij noemt het “heel onwaarschijnlijk” dat de Hoge Raad van standpunt zal wijzigen.

Tijdig indienen

Directeur Sylvester Schenk van het Register Belastingadviseurs is wel blij met de vereenvoudigde aanpak voor niet-bezwaarmakers, aldus het FD. Hij verwacht dat “elke scheet in box 3” tot aan de hoogste instantie wordt aangevochten.

Voor de RB-adviseurs “begon de tijd te dringen”, omdat een verzoek om ambtshalve vermindering binnen vijf jaar na het betreffende belastingjaar moet zijn ingediend. Voor 2017 verloopt die termijn op 31 december aanstaande.