Nederlandse arbeidsproductiviteit groeit steeds minder hard

 

De arbeidsproductiviteit in Nederland is in de afgelopen tien jaar minder sterk gegroeid dan in de decennia daarvoor. In de afgelopen vijftig jaar is de arbeidsproductiviteit wel meer dan verdubbeld, maar deze groei werd vooral behaald tussen 1974 en 2013. In de afgelopen tien jaar nam de arbeidsproductiviteit veel minder sterk toe en bleef Nederland achter bij het gemiddelde van de Europese Unie.

De arbeidsproductiviteit is de gemiddelde productie van een werknemer in een bepaalde periode. De groei van die productiviteit is van belang omdat het de welvaart van een land en de winsten van bedrijven vergroot. In de periode tussen 1974 en 2013 nam de productiviteit jaarlijks met gemiddeld 1,5 procent toe. In de afgelopen tien jaar bedroeg de groei nog slechts gemiddeld 0,4 procent per jaar, meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) in het kader van zijn 125-jarig jubileum.

Arbeidsproductiviteit

De arbeidsproductiviteit kan worden verhoogd door meer of beter gebruik te maken van machines, inzet van beter opgeleid of meer ervaren personeel of door innovatie. Binnen de dienstverlening is meestal sprake van een lagere productiviteitsgroei omdat het bij deze bedrijven lastiger is om technologie en innovatie in te zetten. Het aandeel van dienstverlenende sectoren binnen de Nederlandse economie is echter steeds groter geworden in de afgelopen vijftig jaar.

De afnemende groei van de arbeidsproductiviteit vond dan ook plaats in bijna alle bedrijfstakken. In de delfstoffenwinning sloeg de groei zelfs om in een krimp, door het afbouwen van de gaswinning in Groningen. Ook in de landbouw, de financiële dienstverlening en de industrie was sprake van een afnemende groei van de productiviteit. In de bouwnijverheid, zakelijke dienstverlening en culturele en recreatieve diensten was de groei vanaf 2014 juist hoger dan in de decennia daarvoor.

Aantal gewerkte uren

De economische groei van de afgelopen tien jaar werd volgens het CBS dan ook met name behaald door een toename van het aantal gewerkte uren in plaats van een hogere productiviteit per gewerkt uur. In de tien jaar voor 2014 groeide het aantal gewerkte uren nog veel minder sterk door de financiële crisis, waardoor de werkloosheid opliep. Vanaf 2014 neemt de groei van het aantal gewerkte uren weer toe en overstijgt deze de groei van de periode tussen 1984 en 2004.

Bron: ANP